Deze week was een baalweek. Januari is al nooit mijn sterkste periode, maar deze week leek het even allemaal tegen te zitten. Ondanks mijn verwoede pogingen om te focussen op hoe ik me wil voelen, lukte het me maar niet om uit die slechte vibe te komen. Mijn werk liep niet lekker, ik was ontevreden over van alles en ik voelde me bovendien om onverklaarbare redenen een beetje zielig. Kortom, niet echt een lichtend voorbeeld van overvloed.
Nu, aan het eind van de week, heb ik bewust wat tijd genomen om afstand te nemen en te kijken wat er precies gebeurde. Want – zoals dat gaat bij projecten – een tussentijdse evaluatie kan een paar nuttige lessons learned opleveren. De vrijdag is daar een prima moment voor.
Wat was er aan de hand? Waarom lukte het me maar niet om er een positieve draai te geven? Het kostte wat reflectie (en genadeloze eerlijkheid!) om het obstakel bloot te leggen. De belangrijkste vraag van deze week was: hoe ga je om met mensen die in de weg staan van wat jij in de realiteit wilt brengen?
Hartstikke leuk, zo’n experiment om je diepste verlangens in de praktijk te brengen, maar daarmee vlak je voor het gemak uit dat de wereld vol is met mensen die óók hun eigen wensen hebben. En die liggen niet per se in lijn met wat jij zou willen aantrekken.
Een voorbeeld. Mijn eerste werkdag van deze week begon met een overleg waarin ik fors het vuur aan de schenen gelegd kreeg door een paar ontevreden mensen. Het voert te ver om uit te leggen wat er precies aan de hand was (bovendien is het erg oninteressant), maar hun frustratie kwam hard bij mij binnen. Ik voelde me verantwoordelijk voor het oplossen van hun onvrede. Tegelijkertijd vond ik het onrechtvaardig dat ze mij zo aanvielen, omdat het probleem ontstaan was in een periode (ver) voor ik in deze organisatie kwam werken. Mijn pogingen om in gezamenlijkheid te bekijken hoe we de situatie konden verbeteren, strandden. Ik voelde me een boksbal en wilde alleen maar weg uit deze vergadering. Daar zat ik dan: al drie weken hard aan het oefenen om positieve vibraties uit te zenden, maar de invloed van andere mensen had ik tot nu toe buiten beschouwing gelaten. Hoe kun je überhaupt andere mensen met andere wensen en belangen een plek geven in het proces? Was deze situatie niet gewoon een bewijs dat het hele project gedoemd was te mislukken?
Als beginnend projectleider Overvloed moest ik daarvoor even helemaal terug naar de beginselen achter de wet op de reflectie. Een heldere afspraak die ik met mezelf heb gemaakt voor dit project, is vertrouwen te hebben in deze (voor mij nieuwe) manier van denken. En vanuit dat vertrouwen te verkennen wat een verklaring zou kunnen zijn die resoneert.
Eén van de eerste aanknopingspunten is, dat wat zich manifesteert in je leven, een spiegel is van wat jij zelf aan energie uitzendt. Ik was al voorbereid op (terechte) onvrede voor ik goed en wel met deze mensen de vergaderzaal in stapte. Voel ik terug wat er vervolgens gebeurde in dat overleg, dan traden er een paar patronen in werking die minstens zo oud zijn als ik zelf: ik voel me verantwoordelijk voor het geluk van anderen, ik heb het gevoel dat ik faal als anderen ondanks mijn pogingen ontevreden blijven. Ik voel me klein en kwetsbaar als mensen hun boosheid of frustratie uiten. Bovendien zat er ook nog iets verongelijkts omdat ik de schuld kreeg van iets waar ik niet de oorzaak van ben. Had ik ’s ochtends in de file nog ijverig mijn positieve vibe geoefend, ik stapte onzeker de ruimte in en vanaf dat moment ging het van kwaad tot erger. Al mijn blauwe plekken werden één voor één ingedrukt, alsof het universum wilde aangeven waar er nog werk te verrichten is.
Wat zou er gebeurd zijn als deze patronen niet in werking waren getreden, omdat ze me niet meer in de weg zaten? Als ik in staat was geweest om op een positieve manier die ruimte in te stappen? Dan waren de anderen waarschijnlijk nog steeds ontevreden geweest, maar er was misschien ook ruimte ontstaan om de situatie ten goede te keren. Mijn conclusie voor dit moment: andere mensen reageren op de energie die ik uitstraal, waardoor vervolgens weer een gevoel in mij wordt geactiveerd. Dat kan zowel positief als negatief zijn. Die hypothese voelt goed binnen het raamwerk van Overvloed en lijkt me zeker een volgend experiment waard. Maar daarnaast is er werk aan de winkel om de belemmerende gevoelens die aan de oppervlakte kwamen drijven eens onder de loep te nemen.